dinsdag 19 mei 2015

Koningsnacht in de Volksabdij bij Ossendrecht.

                                        Koningsnacht in de Volksabdij bij Ossendrecht

Op 29 maart jongstleden was het alweer 5 jaar geleden, dat ik met mijn eigen auto toen nog, die mooie Toyota Camry van 1993, koers zette van Bergen NH naar Ouddorp ZH achter een flinke verhuiswagen aan, want op die dag mocht ik gaan wonen in het huis van mijn nieuwe vriendin Elly Bovée, aan de Dirkdoensweg nummer 4E.
Ik kende Elly sinds augustus 2009, en het klikte zo goed tussen ons dat zij mij voorstelde om in haar huis te komen wonen, en zo gebeurde het dat ik mijn oude woonplaats Bergen NH, na 24 jaar verliet, om een nieuwe domicilie te krijgen in Ouddorp op Goeree-Overflakkee.
Het transport van meubels, een bedkast, kleding en heel veel boeken werd probleemloos en voorzichtig verricht door mannen die vooral heel voorzichtig met mijn spullen omgingen. De reis ging eigenlijk heel voorspoedig en het binnendragen van al die goederen in het huis van Elly was voor de mannen ook geen bijzonder moeilijke klus.
Vanaf 1 april mocht ik mij officieel burger van Ouddorp noemen, want dat was zo geregeld op het gemeentehuis van Goedereede, waar Ouddorp toen nog onder viel. Tegenwoordig heeft men hier het begrip Gemeente ook alweer uitvergroot, en spreekt men nu van de Gemeente Goeree-Overflakkee, dus het hele eiland valt daar nu onder.
Die eerste tijd was vooral gevuld met kennismaken met heel veel mensen, die een vriendschappelijke band met Elly hadden of familie van haar waren (en nog steeds zijn).
Het begon mij goed te bevallen hier en vooral omdat Elly zo lief was waren er wel een aantal zaken die ik door een roze bril bekeek.
Ik maakte kennis met de jongste broer van Elly: André en zijn vrouw Tineke plus hun zoon Dominique en dochter Carolien, op een zondagmiddag in oktober 2009, nu alweer bijna 6 jaar geleden. Ook de moeder van Tineke was daar nog bij. Het huis van André en Tineke leek wel midden in de prairie te liggen. Dat was het platteland in de buurt van Oude Tonge, zo'n beetje oostelijk gelegen van Middelharnis.
Vanuit de woonkamer kon je door de vensters vrijwel alle kante opkijken en overal waar je keek, was dat prairie achtige uitzicht.
André merkte toen ineens op: "Ja kijk maar goed om je heen Nico, er zijn hier nog mensen op het Eiland, die geloven dat de Aarde plat is!" Waarop ik vrijwel prompt reageerde met: "Nou, volgens mij hebben die mensen gelijk!"
Dat veel eilandbewoners er nogal wat antieke geloofsopvattingen op na hielden is mij in de loop van de jaren daarna wel duidelijk geworden. Van sommige van mijn nieuwe kennissen hier kreeg ik de waarschuwing om maar een beetje afstand van deze mensen te houden.
De eerste winter hier bracht zowaar genoeg nachtvorst om betrouwbaar ijs op de plassen dichtbij de "Punt" van Goeree te laten aangroeien, en wat ik niet verwacht had, was wel mogelijk: ik kon gaan schaatsen. Ik had voor de zekerheid skeelers gekocht, omdat ik dacht op die manier in elk geval de bewegingen bij het schaatsen te kunnen blijven oefenen, maar dat was niet eens zo direct nodig.
Ook beleefde ik hier voor het eerst Oudejaarsavond en Nieuwjaarsdag, maar dat was geheel volgens de traditie die ik gewend was: wat oliebollen (niet zoveel) en vuurwerk. Elly en ik hebben die avond slechts met zijn tweeën heel tevreden gevierd. Dat was heel gezellig en niet bijzonder verder.
Toen de winter daarna teneinde liep kwam een aangenaam zacht voorjaar en mocht ik Koninginnedag mee gaan maken op 30 april toen nog. Immers het ging om koningin Beatrix die haar verjaardag bleef vieren op de (echte) verjaardag van haar moeder Juliana, want dat was beter dan 31 januari, en terecht.
In de nacht van 29 op 30 april werd ik omstreeks 03.00 uur wakker van bromfietsherrie, die in korte tijd steeds erger werd en een voortzetting van een fatsoenlijke nachtrust onmogelijk maakte.
Pas in de loop van de ochtend werd het weer een beetje rustig in het dorp.
Het jaar daarop had ik mij al geestelijk voorbereid op deze vorm van "viering" van Koninginnedag, maar het viel allemaal niet mee. De derde keer stelde ik aan Elly voor om ergens anders de nacht door te brengen, daar waar je die "klotebrommers" niet kon horen.
We mochten toen logeren in het vakantiehuis van Heidi, de lieve vriendin van Elly die deze recreatiewoning bezat op het zogenaamde Noordzeepark, één van de vele bungalowparken hier in het dorp. Het heeft inderdaad iets geholpen, maar een pretje was het nog steeds niet. De brommende pubers wisten ons toch wel weer te vinden met hun monsters.
Het jaar daarop, en dat was intussen de nacht van 26 op 27 april geworden, het ging nu immers om Koning Willem Alexander, zijn we echt uitgeweken, en wel naar Noord-Holland, naar Egmond aan den Hoef, waar mijn zuster Yolanda woont. Daar was het inderdaad rustig, maar we hadden er een enorme afstand voor af moeten leggen. De laatste keer, hebben we het toch wat dichterbij op kunnen lossen, nl. in de buurt van Ossendrecht. Daar bevindt zich een Katholieke instelling: de "Volksabdij", een gerieflijk ietwat kloosterachtig gebouw, dat multifunctioneel geworden was.
Daar mochten wij deze keer in echte stilte de nacht doorbrengen. En welke verrassing wachtte ons? Direct na aankomst bij de Abdij mochten we een concert bijwonen van 5 gitaristen, die solo en ook met zijn allen ons ongeveer twee uur van hun muziek lieten genieten.
Na dit concert konden we onder leiding van een gids meewandelen over de heide in de omgeving, waarbij de gids ons van alles en nog wat over dit gebied in de geschiedenis vertelde.
Het was goed weer, natuurlijk nog wel fris, maar dat hoort zo in die tijd van het jaar. Er was nog tot voor kort een schaapherder geweest, die met zijn kudde als vanouds rondtrok op de heide, maar helaas was ook hij met pensioen en was het beheer van dit gebied in handen van organisaties, zoals Natuurmonumenten gekomen.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hadden onderduikers kunnen overleven, door letterlijk onder de grond te kruipen. Zij bouwden een soort van hol, dat aan de bovenkant uiteraard goed gecamoufleerd werd. Zij waren afhankelijk van hulp, die ze door zeer goed te vertrouwen familieleden of vrienden kon worden geboden. Wel kwam de bevrijding voor hen relatief snel, medio september 1944, in een tijd, dat in het Noordwesten van Nederland nog tot mei 1945 moest worden gewacht op de bevrijding.
Elly en ik hadden er een alleszins rustig verblijf aan. De avondmaaltijd was voedzaam en eenvoudig, de nacht was heel rustig en in de ochtend wachtte ons een goed ontbijt.
Tevreden zijn wij later in de ochtend weer huiswaarts gereden, na een aanzienlijk betere nachtrust te hebben genoten, dan degenen, die in Ouddorp gebleven waren en inderdaad door het bromfietslawaai zeker de helft van de nacht hadden wakker gelegen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten